Vulkanentijd!

15 augustus 2014 - Sanur, Indonesië

Dag 14 - Maandag 11 augustus – Mt Bromo

Tja, wat zal ik eens zeggen. Wat een dag! Juliette is gelukkig weer helemaal beter. We worden ’s ochtends opgehaald en rijden in 3 uur naar Cemoro Lawang toe, een plaatsje op Mount Bromo. Vanaf daar rijden we nog een uur met een jeep over een zeer steile weg, compleet met ontelbare haarspeldbochten, naar de voet van de vulkaan. Het prachtige tocht, maar jeetje wat ben ik weer misselijk.. Het eerste wat opvalt bij Bromo is de hoeveelheid stof. Iedereen rijdt met stofmaskers op, die gelukkig ook worden uitgedeeld voor de tocht naar boven. Het is indrukwekkend omdat het een grote vulkanische zand/asmassa is, maar het is wel eerder indrukkend dan mooi. We klimmen naar boven en we zijn volledig verbaasd over de onvoorstelbare massa Indonesische touristen. We kunnen boven aan gekomen nauwelijks staan door de drukte en iedereen zit aan de kinderen en neemt continu foto’s. Het is voor het eerst dat we het als een beetje bedreigend ervaren. Enigszins unsetteld komen we terug en wat blijkt nu, het is morgen een grote Hindu feestdag waarbij een ceremonie plaatsvindt aan de voet van Mr Bromo (Bromo is van grote betekenis voor de Hindoestanen). Als we dat horen valt het kwartje wel. We hadden inderdaad wel iets gelezen over een bepaald Hindoestaans festijn waarbij ze massaal naar Bromo trekken om offers te brengen aan te vulkaan (dat verklaart al die mensen met zakjes groenten, zakjes levende kippen en de mensen die in de vulkaan staan met vangnetjes om het geld dat wordt geofferd op te vangen), maar er had geen enkele datumindicatie bijgestaan dus we hadden dit niet zien aankomen. Achteraf best bijzonder dat we dit hebben meegemaakt, maar we hebben wel het gevoel dat we ooit een keer terug willen komen om een andere ervaring te hebben. Hopelijk hebben we dan ook wat meer geluk met het weer, want het zicht was behoorlijk slecht.

Na Bromo gaan we richting Paiton waar we de nacht zullen doorbrengen. Dit is voor het eerst dat accommodatie voor ons is geregeld als onderdeel van een tour, en we blijken twee slaapkamers en een kleine woonkamertje te hebben. En ons eerste bad van de vakantie. Goede timing, want we zijn allemaal enorm vies!

Dag 15 - Dinsdag 12 augustus – a day at the beach

Na lekker ontbijt met nasi goreng gaan we naar Pasir Putih, een strand. Sowieso onze eerste zee in twee weken, terwijl we toch al twee weken op een eiland verkeren, best grappig. We spenderen een halve dag op het strand met zwemmen, zandkastelen en mogen ook nog een kano lenen van een Indonesische jongen. Terwijl Juul, Noah en Ruud zwemmen ligt Quinn trouwens idylisch in de schaduw van een palmboom te slapen. We rijden na het strand nog ongeveer twee uur naar Bondowoso, op weg naar Mt Ijen.

Dag 16 - Woensdag 13 augustus – Mt Ijen en op naar Bali

We gaan om zeven uur op weg naar Mount Ijen. Het is een ontzettend mooie tocht van ongeveer drie uur. We rijden weer in de bergen met glooiende velden vol sugarcane, rijst, tabak en andere gewassen, met op de achtergrond vulkanische gebergten. Oost Java is qua natuurschoon werkelijk weergaloos mooi. We hebben ook voor het eerst het gevoel dat we een redelijk onaangetast stukje Indonesie zien. De weg is slecht en we komen dan ook bijna geen andere auto’s tegen. We worden trouwens achtervolgt door feestdagen: als we ’s ochtends door de dorpjes rijden zijn overal groepjes schoolkinderen aan het oefenen voor de festiviteiten van 17 augustus, de dag van de onafhankelijksverklaring van Indonesie. Het voelt wat ironisch, aangezien ze zich natuurlijk onafhankelijk hebben verklaard van ons (niet dat wij ons daar in 1945 nou echt veel van aantrokken, maar dat terzijde).

Wanneer we aankomen bij de beginplaats van de klim naar de top regent het wat (we zitten letterlijk in een wolk namelijk). We graven de vestjes van de kinderen op uit de bodem van Ruud’s tas en hopen maar dat het niet erger wordt als we gaan klimmen. Het is namelijk behoorlijk fris. De tocht is maar drie kilometer maar behoorlijk stijl. Ik geloof dat we in totaal 800 meter omhoog klimmen. Ruud heeft Quinn en het water op zijn rug, ik Noah en Juul de lichte spullen (hoedjes, zonnebrandcreme en luiers). Het is af en toe behoorlijk afzien maar het is het driedubbel waard. Wat een ontzettend mooie ervaring. Mt Ijen en de andere vulkanen in deze caldera zijn helemaal bebost. We zijn al snel boven die ene regenwolk uit en lopen in een lekker zonnetje met aangename temperatuur naar boven. Het is qua toeristen heerlijk rustig. We komen wat Indonesische toeristen tegen en enkele Westerse, maar verder is het vooral wij en de mijnbouwers die het sulfur van vulkaan naar beneden brengen. Juliette wil onderweg in een boom klimmen en maakt een in de boom zittende gibbon aan het schrikken. Leuk een gibbon in het echt te zien! 

Boven aangekomen kunnen we de hele vallei zien liggen met een groot contrast tussen de dichte bebossing van de buitenkant van de vulkaan en de rotsachtige, bijna verbrande binnenkant ervan. Het sulfurmeer is prachtig en we hebben geluk met het weer, want we kunnen precies zien waar de vulkanische rookpluimen uit de vulkaan komen. Ruud is door het dolle heen en wandelt zo ongeveer de hele vulkaanrand af, terwijl ik met Juul en Noah even uitrust. Juliette heeft het supergoed volgehouden, maar als we eenmaal boven zijn voelt ze haar enkels wel. Terwijl we over de klim zo’n twee uur hebben gedaan gaat de afdaling in ongeveer een uur. En dat was alleen maar omdat Juul en Noah (die de afdaling wel zelf heeft gedaan) enorm speels waren en op iedere uitstekende rotsformatie klommen.